arrow_back

Ploegmakers zet in op innovatie en CO2-reductie met duurzame onkruidbestrijder

Ploegmakers Cultuurtechniek is sinds 2014 gecertificeerd voor de CO2-Prestatieladder. Door de CO2-uitstoot los te koppelen van hun activiteiten, wil het groenbedrijf bijdragen aan een oplossing voor het klimaatprobleem. Zo ontwikkelde Ploegmakers een duurzaam mulchproduct, dat tijdens de teelt jaarlijks meer CO2 opneemt dan een gemiddeld loofbos. Niek Velema, projectleider bij Ploegmakers, vertelt hoe de CO2-Prestatieladder de focus op duurzaamheid en CO2-reductie binnen het bedrijf aanscherpt.

De CO2-Prestatieladder is niet meer weg te denken

Ploegmakers Cultuurtechniek is actief in de groenbranche en is ruim 50 jaar geleden opgericht”, zegt Velema, die binnen het bedrijf ook verantwoordelijk is voor de implementatie van de CO2-Prestatieladder. “In de begin jaren was Ploegmakers gericht op het maaien van watergangen, bermen en sloten. Het bedrijf is echter doorontwikkeld tot een allround bedrijf, dat verantwoordelijk is voor de aanleg en onderhoud van de complete buitenruimte. Onze diensten zijn vooral gericht op gemeenten, overheden, waterschappen, bedrijven, woonstichtingen en instellingen.” Velema merkt op dat de opdrachtgevers van Ploegmakers actief op zoek zijn naar oplossingen om de impact van hun projecten en werkzaamheden op het klimaat te verminderen door onder andere CO2 te reduceren. Zo kwam het groenbedrijf in aanraking met de CO2-Prestatieladder.

“Wij werken onder andere voor het Rijksvastgoedbedrijf en voor verschillende gemeenten. Bij deze partijen is een certificaat op de CO2-Prestatieladder en een duurzaamheidsbeleid niet meer weg te denken. Dat snappen wij maar al te goed”, aldus Velema. “Daarnaast streeft Ploegmakers continu naar de juiste balans tussen winst, de effecten van onze prestaties op het milieu en op onze medewerkers, opdrachtgevers, leveranciers en aandeelhouders. De CO2-Prestatieladder is daarbij een zeer goed systeem en biedt handvaten om daadwerkelijk de bedrijfsvoering te richten op duurzamer handelen en denken.”

Miscanthus mulch: de innovatie voor minder onkruiddruk en een betere vochthuishouding in de bodem bij nieuwe en bestaande plantsoenen

Sinds 2017 is Ploegmakers gecertificeerd op niveau 5, het hoogste niveau van de CO2-Prestatieladder. Bedrijven die zich laten certificeren op niveau 5, dienen volgens de Ladder deel te nemen aan een bestaand keteninitiatief of zelf een initiatief te starten die CO2-reductie binnen de keten en sector stimuleert. Met de ontwikkeling van het zogeheten Miscanthus mulch heeft Ploegmakers besloten een eigen initiatief te starten om CO2-reductie binnen de eigen keten en sector te stimuleren. Miscanthus, ook bekend als olifantsgras, is een gewas dat op riet lijkt en jaarlijks razendsnel groeit. Het ruwe product dat geoogst wordt, is direct te gebruiken als stalstrooisel, brandstof, grondstof voor papier, grondstof voor biobeton, 3D-printing en nu dus ook als mulchlaag om onkruidgroei in plantvakken en uitdroging van de bodem te voorkomen. Volgens Ploegmakers neemt de teelt van Miscanthus jaarlijks vier keer zoveel CO2 op als een gemiddeld loofbos en is er geen bemesting, geen irrigatie en geen bestrijdingsmiddel nodig voor een geslaagd gewas. Door olifantsgras lokaal te telen en te verwerken, weet het groenbedrijf ook de CO2-uitstoot van transport te verminderen en daarnaast de circulaire economie te stimuleren.





Veel CO2-reductiemaatregelen op het onderhoudsproject in Eindhoven

Samen met gebiedscoöperatie Brainport Park  en gemeente Eindhoven heeft Ploegmakers 2,5 hectare Miscanthus in het buitengebied van Eindhoven geteeld en onderzocht in samenwerking met HAS Hogeschool in Den Bosch. Het eindproduct, gemaakt van lokaal geteelde Miscanthus, wordt al toegepast in de Eindhovense wijk Stratum. Dit is waar Ploegmakers een groot project voor integraal wijkonderhoud heeft gewonnen mede dankzij de inzet van de CO2-Prestatieladder. “Binnen dit project voeren wij voor de gemeente het zogenoemde ‘gevel tot gevel’ onderhoud van de wijk uit. Ploegmakers werkt hier het gehele jaar aan het straatbeeld door onder andere te vegen, kolken te reinigen, plantsoenen bij te houden, gazons te maaien, en onkruid op wegverhardingen te verwijderen. Binnen dit project werken we bijna voor 100 procent met elektrisch gereedschap”, vertelt Velema. “Daarnaast rijden er verschillende voertuigen op elektriciteit en op aardgas. De miscanthus mulch wordt ook toegepast in plantsoenen die wij omvormen of te intensief moeten onderhouden door een hoge onkruiddruk. Tot slot, heeft Ploegmakers een elektrische bakfiets aangeschaft. Deze fiets vervangt een voertuig aangedreven door fossiele brandstoffen en is binnen de stad vaak ook nog even snel of zelfs sneller in gebruik. Dit betreft dus een project waarin veel innovatieve maatregelen samenkomen en waar een CO2-reductie ten opzichte van het gunningsjaar goed merkbaar is.”

Minder transport door sensoren die water- en afvalpeil meten

Naast het investeren in materieel en het keteninitiatief, werkt Ploegmakers samen met haar leveranciers, partnerbedrijven en onderaannemers naar oplossingen om het werk efficiënter te verrichten. Dit leidde onder andere tot een pilot met sensoren die in de bodem worden geplaatst om het vochtgehalte te meten. Vervolgens geven de sensoren aan wanneer de bodem meer vocht nodig heeft, waardoor Ploegmakers gerichter bomen en plantsoenen kan bewateren op basis van de waterbehoefte van het groen. Hierdoor kan Ploegmakers de ritten van haar voertuigen en het werk beter inplannen, wat leidt tot een besparing van zowel water als CO2-uitstoot, omdat het betreffende groen alleen worden bewaterd wanneer het nodig is. Het groenbedrijf test ook sensoren die op afvalbakken worden geplaatst en aangeven wanneer de afvalbakken vol zijn, waardoor de voertuigen enkel rijden om de afvalbakken te ledigen. Ook dit leidt tot efficiënter werken, minder brandstofverbruik en minder CO2-uitstoot. Zowel de sensoren in de bodem als de sensoren in de afvalbakken worden nu volop getest en ontwikkeld in samenwerking met verschillende partijen waaronder gemeente Eindhoven.

Velema geeft echter aan dat het voor Ploegmakers een steeds grotere uitdaging wordt om innovatief te zijn met het reduceren van CO2. “Ik merk dat de CO2-Prestatieladder leeft bij mijn collega’s, maar wij merken wel dat het moeilijker wordt om na 5 jaar CO2-Prestatieladder nieuwe en innovatieve oplossingen te bedenken die onze uitstoot echt drastisch kunnen verminderen”, aldus de projectleider. “Toch lukt dit nog redelijk door bijvoorbeeld de initiatieven als de vochtsensoren en het investeren in het nieuwste materieel, maar een initiatief zoals de Miscanthus mulch is denk ik zeer uniek in de branche en moeilijk te evenaren.”

Prev:
Next: