In 2024 zijn in Frankrijk de eerste aanbestedingen met de CO2-Prestatieladder gelanceerd. En niet door de minste partijen. Onder andere het nationale postbedrijf La Poste, netbeheerder RTE en centrale inkooporganisatie voor de gezondheidszorgsector RESAH doen mee. De aanbestedingen omvatten bij elkaar een bedrag van enkele miljarden euro’s. Hiermee kan gigantische impact op het gebied van CO2-reductie worden gerealiseerd. Jenny Bourhis vertelt hoe ASEA met deze partijen vertrouwen heeft opgebouwd om met de CO2-Prestatieladder te gaan werken en hoe ze samen de Ladder op de kaart zetten om het systeem zo snel mogelijk breed uit te rollen.
De toegevoegde waarde van de CO₂-Prestatieladder
Diverse tools voor het stellen van emissiedoelstellingen en het meten en managen van CO2-reductie bestonden al in Frankrijk. Waar het nog aan ontbrak, was een krachtig instrument dat in aanbestedingen kon worden ingezet om breed impact te maken als het gaat om vermindering van CO2-emissie in de industrie, zegt Jenny Bourhis, directrice van ASEA, een organisatie die zich inzet voor duurzaam aanbesteden in Frankrijk. “De kracht van de CO2-Prestatieladder schuilt vooral in het totaalpakket. De Ladder richt zich op zowel aanbestedende diensten als uitvoerende partijen, is geschikt voor uiteenlopende typen sectoren en verschillende groottes bedrijven en focust niet alleen op cijfers en getallen, maar ook op communicatie en samenwerking. Zo’n alles-in-één-instrument is onmisbaar om echte stappen te zetten en structurele vooruitgang te boeken.”
Robuust systeem bouwen
In 2023 besloot ASEA officieel om de Ladder te gaan uitrollen in Frankrijk. Om zo snel mogelijk een robuust systeem op te bouwen, moet je het direct groots aanpakken, zo was de overtuiging van ASEA. Bourhis: “We zijn dus niet eerst kleine aanbestedende diensten gaan benaderen, maar zijn direct op zoek gegaan naar autoriteiten die een grote bekendheid en met hun aanbestedingen een enorme reikwijdte hebben. Uiteindelijk hebben we aangeklopt bij drie partijen: RTE, de beheerder van het transmissienet in Frankrijk, La Poste, het nationale postbedrijf, en UGAP, een organisatie die namens overheden, zoals steden en regio’s, openbare aanbestedingen publiceert. Gezamenlijk besteden ze jaarlijks zo’n 10 miljard euro aan aanbestedingen. Door hierbij gebruik te maken van de CO2-Prestatieladder kunnen ze enorme impact maken met CO2-reductie bij onder meer de uitvoering van werkzaamheden.”
In lijn met aanbestedingswetgeving
Al deze partijen moeten in het kader van de klimaatdoelen aan de slag met emissiereductie, zegt Bourhis. “Ze stonden dus zeker open voor de CO2-Prestatieladder. Maar er was ook voorzichtigheid. De belangrijkste vraag van de partijen was of het inzetten van de Ladder wel in lijn zou zijn met de aanbestedingswet uit Frankrijk en Europa. Zelf hadden we al een jurist in de arm genomen die dit helemaal heeft uitgezocht. Via verschillende workshops hebben we dit besproken met de drie partijen, waarbij ze al hun zorgen en vragen konden delen met de expert. Uiteindelijk hebben we kunnen laten zien dat gebruikmaken van de CO2-Prestatieladder volledig in lijn is met de Franse wetgeving voor publieke aanbestedingen en Europese richtlijnen inzake overheidsopdrachten, de European Public Procurement Directives. Daarmee was de grootste hobbel genomen. Het enige is dat partijen in Frankrijk vanuit Franse jurisprudentie wordt afgeraden te werken met een fictieve prijs als gunningsvoordeel. In plaats daarvan kunnen ze bijvoorbeeld een puntensysteem hanteren als beloning.”
Workshop over de Ladder geven
Behalve de vraag of het inzetten van de Ladder in overeenstemming is met nationale en internationale regelgeving, was het ook van belang dat de partijen weten wat de CO2-Prestatieladder precies inhoudt en hoe ze de Ladder moeten gebruiken, vervolgt Bourhis. “Ook daarvoor hebben we een workshop georganiseerd. Hiervoor hadden we onder meer een certificerende instelling en aanbestedende dienst uit België uitgenodigd. Niet alleen omdat ze in dat land al veel ervaring hebben met de Ladder, maar ook omdat ze Frans spreken. Dat maakt de communicatie net iets makkelijker. Tenslotte hebben we nog een workshop gehouden over hoe aanbestedende diensten naar buiten toe communiceren over de Ladder en hoe ze uitvoerende partijen kunnen motiveren om zich te laten certificeren. Uiteindelijk wil je de markt via aanbestedingen aanzetten om actief aan de slag te gaan met CO2-reductie.”
Lancering eerste aanbestedingen
Zodra de partijen overtuigd waren om de Ladder te gaan inzetten in aanbestedingen, konden ze aan de slag. Bourhis: “Het interessante is dat het om hele uiteenlopende aanbestedingen gaat, waardoor we dus ook meteen een brede markt kunnen aanspreken. Bij La Poste gaat het bijvoorbeeld om een aanbestedingscontract voor al hun datahosting. Datacentra stoten enorm veel CO2 uit, dus daar is veel winst in te behalen. De aanbesteding van RTE betreft het leggen van elektrische kabels in de ondergrond. Hiervoor zoeken ze in totaal dertig partijen. Dit is met een waarde van 4 miljard euro ook meteen de grootste aanbesteding. Dat is echt een gigantisch bedrag. De aanbesteding van UGAP is een raamovereenkomst die betrekking heeft op verschillende strategische adviestrajecten, met als doel de capaciteiten van publieke instellingen op het gebied van vastgoed, duurzaamheidsbeleid en financiën te versterken. De aanbestedingen van La Poste, RTE en UGAP zijn inmiddels allemaal gepubliceerd.”
Nog meer partijen aan boord
Ondertussen hebben ook twee andere grote organisaties besloten om met de Ladder te gaan aanbesteden, vertelt Bourhis verheugd. “De eerste is RESAH, de centrale inkooporganisatie voor de gezondheidszorgsector. Zij hebben een aanbesteding gepubliceerd voor het verwijderen van asbest. Inmiddels is er al één bedrijf geselecteerd om de opdracht uit te voeren. De andere partij is Grand Lyon, de agglomeratie rondom de stad Lyon. Na Parijs is Lyon de grootste stad van Frankrijk, dus met duurzaam aanbesteden van werken en diensten kan er een enorme slag worden geslagen. Naar verwachting publiceren zij eind 2025 hun aanbesteding met de Ladder, gericht op onderhoud van de infrastructuur.”
Kennisdeling via Community of Practice
Naast het lanceren van de individuele aanbestedingen probeert ASEA ook de krachten van de betrokken partijen te bundelen. Dat gebeurt via een Community of Practice. Bourhis: “In deze community ontmoeten we elkaar elke twee weken digitaal. Tijdens zo’n meeting delen we ervaringen en kennis, bijvoorbeeld over hoe je inschrijvingen beloont of wat je doet als een partij niet voldoet aan de eisen van het gestelde ambitieniveau. Hiervoor nodigen we ook experts uit, onder meer van SKAO. Hiermee hebben we de eerste aanbestedingen besproken. We hebben nu zelfs een doe-het-zelf-kit ontwikkeld met daarin de belangrijkste handvatten. Met het idee dat aanbesteders steeds meer zelfstandig aan de slag kunnen. De eerste jaren is het dus vooral een kwestie van capaiciteit opbouwen om alles goed uit te zoeken en op te zetten. Daarna hopen we dat partijen het steeds meer zelf oppakken en wij meer vanaf de zijlijn kunnen ondersteunen.”
Partijen uitdagen in ambitie
Hoewel de Ladder in Frankrijk nog in de kinderschoenen staat, durft Bourhis alvast verder te kijken naar de potentie van het gebruik van de Ladder in aanbestedingen. Bijvoorbeeld als het gaat om het verlengen of wijzigen van contracten met partijen die de werkzaamheden uitvoeren. “Om marktpartijen extra uit te dagen, kun je ze bijvoorbeeld een financiële beloning in het vooruitzicht stellen wanneer ze na een jaar hun ambitieniveau verhogen. Een partij voert dan het eerste jaar het werk uit volgens de eisen van niveau 3 (versie 3.1), maar het tweede jaar volgens niveau 4. Voor de aanbestedende dienst is dat heel eenvoudig, je hoeft zelf niet allemaal aanvullende eisen te stellen. Alleen het ambitieniveau verandert, maar of een partij daaraan voldoet, wordt gecheckt door een onafhankelijke certificerende instelling. Het lijkt me heel interessant om te kijken hoe dat uitpakt.”
Samenwerking met MKB
ASEA richt zich niet alleen op overheidsorganisaties die aanbesteden, maar werkt ook actief samen met bedrijven in de markt om de CO₂-Prestatieladder in Frankrijk onder de aandacht te brengen en breder toe te passen. Zo is het onlangs een partnerschap aangegaan met Pacte PME, een vereniging die zich inzet voor een goede relatie tussen aanbesteders en het MKB. “Pacte PME heeft vorig jaar een decarbonisatie-alliantie gelanceerd om MKB-bedrijven te helpen bij het verminderen van hun CO2-uitstoot. De CO2-Prestatieladder kan hierbij een belangrijke rol spelen. Met ons partnerschap creëren we dus een win-winsituatie. We hebben al een eerste webinar gegeven. In het MKB zit de grootste doelgroep voor de Ladder. 75 procent van de bedrijven die nu Ladder-gecertificeerd is in Nederland en België is een MKB-bedrijf. Het is belangrijk dat we een tool hebben die voor een brede groep toegankelijk is.”
Support vanuit nationale overheid
Uiteindelijk hoopt Bourhis dat de CO2-Prestatieladder binnen een paar jaar een standaard tool wordt die niet meer weg te denken is uit het Franse aanbestedingslandschap. “Niet alleen op het gebied van openbare, maar ook voor private aanbestedingen. Want ook daar is veel potentie. Private aanbesteders kijken al met veel interesse mee naar hoe we de Ladder uitrollen. Ik ben ervan overtuigd dat het ook voor dat segment goed gaat werken. Wat nog wel zou helpen bij de verdere uitrol, is dat nationale overheidsinstanties zoals ministeries, de tool gaan omarmen en promoten. We merken nu dat er wel interesse is, maar ook nog terughoudendheid. Dat is de typische wait-and-see-cultuur: eerst willen ze bewijs zien dat het ook echt werkt. Daar werken we nu dus hard aan, alle steun van de nationale overheid is welkom. Al met al ziet de toekomst van de Ladder in Frankrijk er rooskleurig uit.”
>> Meer over de Ladder in Frankrijk? Zie onze internationale website.